Raleighvallen en Voltzberg
Door: Wendy Voorn
Blijf op de hoogte en volg Wendy
29 Oktober 2014 | Suriname, Apoera
Bij een van onze pitstops horen we capucijneraapjes; jammer dat we ze niet kunnen zien. Om half twaalf komen we aan in Wittagron. Net over de brug van de Coppename rivier staat een klein huisje. Daar eten we de lunch die Tine die ochtend heeft klaargemaakt en dan verzamelen we de spullen die met de boot meemoeten. Dit proces verloopt redelijk chaostisch. Gelukkig is besloten dat we met 2 boten te gaan. Het water staat zo laag dat dit nodig is. Maar afgezien de laagte van het water vraag ik me af of het uberhaupt mogelijk was alle bagage en onszelf in een enkele boot te laden. We hebben ons voorbereid op een barre tocht (dat heeft Venski ons verschillende malen verteld), maar dat is enorm meegevallen. Het was wel erg warm maar afgezien daarvan was het vooral prachtig. De Coppename is behoorlijk breed maar niet diep en op veel plaatsen liggen er rotsen of zandbanken aan het oppervlak. Onze motorist wordt begeleid door Simon, onze bootsman voorop de boot. Met een biertje op en later ook nog een joint staat hij zwingend op de boeg van de boot, met zijn enorme geluidbox ernaast. Maar dat belemmerd zijn alertheid niet; met diverse commando's maakt hij de motorist duidelijk wat te doen om de rotsen te omzeilen. Het gaat heel erg goed. Slechts op twee momenten moeten we de boot uit om te duwen/trekken. Dit is vooral voor verkoeling een welkome afwisseling. Tegen vijf uur komen we aan. Venski had een tocht tot half zeven verwacht. we zijn dan ook erg verbaasd over de snelheid en relaxheid van deze tocht. Venski komt echter heel veel later pas aan. We hebben tot die tijd weinig kunnen ondernemen aangezien hij onze bagage mee had. We zijn met zn viertjes langs de rivierkant gaan lopen en hebben de vele zwartkop gieren kunnen fotograferen. Deze bagage boot is echter minder goed aangekomen; enkele malen gekapseisd waardoor veel spullen nat en pas heel laat aankomen. Maar mn spullen zijn volledig droog overgekomen. Mensen hangen hun spullen uit, maken bedden op, douchen; oftewel we maken kamp op het eiland Vungu (of Foengoe, naar een boom vernoemd). We hebben de beschikking over een eigen keuken, douches, toiletten, slaapzaal met stapelbedjes en zitruimte. Dit allemaal met dak, maar half open wanden. En dat is prima, met deze warmte. Dit eiland staat op de Unesco werelderfgoed lijst en wordt onderhouden door de surinaamse natuurbehoud Stinasu. Het eiland heeft enkele verblijfsunits met eigen keukens. Het eiland heeft slechts een handvol vaste bewoners en dit zijn met name de Quinty; nazaten van slaven uit deze omgeving. Het is wel van belang altijd je eigen spullen en afval weer mee te nemen. De omgeving is prachtig. Om tien uur is het eten klaar. Tine heeft in korte tijd weer iets heerlijks kunnen maken en kort daarna duik ik mn bed in. Ditmaal ook echt een bed, waar ik prima in heb geslapen.
De dag erna staan we om half zeven op, om zeven uur vogels te spotten op het vliegveld vlakachter ons hutje. We zien die ochtend vele verschillende vogels; Toekan (red billed / white throughted en channel billed), amazone papagaai (oranje winged amazone parret), ara (rood en groen makauw), chacalakka, vleermuisvalk, gestreepte helmspecht, black crested karakara, green oropendola (de vogel met het geluid van een koebel en dan dansje maakt). Roofvogel met rode bek en rode klauw grijze grote roofvogel, gestreepte staart en witte pet. Na deze ochtend wandeling eten we ontbijt. We vullen onze magen goed om kort daarna weer op pad te gaan. Ditmaal naar de Moederval. Met een bootje steken we de rivier over. Dan lopen we een klein uur door de jungle. In de jungle komen we de mannetjes en vrouwtjes schilpad liaan tegen. En ook de mannetjes en vrouwtjes telefoonboom. Door het dikke bladerdek komt gelukkig de zon niet helemaal door maar het blijft erg warm. Onderweg komen we een mooie hagedis tegen; de common south american skink. En ook zien we een paar prachtige scarlet macaws met rood, geel en blauwe kleuren. Aangekomem bij de moederval moeten we nog een paar pittige rotsen over om bij een zwemplekje terecht te komen. Maar het is de moeite waard. Het uitzicht is prachtig. Omdat we niet veel tijd hebben besluit ik niet helemaal onder te gaan maar alleen even mn pootjes te waden. Daarbij zien Vivi en ik een prachtig rivierkreeftje en algeneters in de buurt. Na genoeg genoten te hebben van de omgeving gaan we weer terug. En dan zien we in de jungle ook nog apen; kleine white face shakkie. Een klein wollig donker aapje met een witte baard. Wel een stuk of zes, inclusief babies, gaan van top naar top. Als we weer uit de jungle zijn, pakken we de boot en varen in klein kwartiertje terug naar Fungu eiland. Daar staat alweer een heerlijk lunch voor ons klaar. Tijdens deze lunch is er spektakel; er hangt een enorme vogelspin / tarantula op de balken van het hutje. We eten eerst rustig door, afgezien van enkelen onder ons, fotograferen m goed en dan pakt Venski het beest. In eerste instantie twijfelen we nog een beetje maar uiteindelijk laten velen van ons m op onze armen lopen. En later gaan we nog stapje verder; ik laat m ook op mn gezicht lopen. Na al deze sensatie staat het volgende programma onderdeel al weer klaar. Een wandeling naar de punt van het eiland om pijlstaartroggen te zien. Ik sla over. Ik laat mn benen rusten voor morgen en werk mn dagboek bij. De wandeling was prachtig maar roggen zijn niet gezien. De dag erna heb ik zelf meer geluk; tijdens de kleine toch naar de steiger aan de overkant, zie ik ineens een rog op een zandbank liggen.
Als ik wakker ben voor toilet rond vier uur hoor ik de brulapen in het bos. Een donker geluid ver achter in het oerwoud. Om half zeven worden we gewekt door Venski. We vullen ons goed met ontbijt en pakken onze rugzak in met ruim 3liter water en een lunchpakketje. Daarna stappen we in de boot. Het is een klein stukje varen. Net aan de overkant van de Moederval stappen we uit aan een steiger. En dan starten we aan onze wandeling. Ditmaal stoppen we niet voor elke boom, plant, vogel oid. We hebben een lange trip voor de boeg, dus stappen lekker door. Met een enkele uitzondering van een gifkikker, te jammergenoeg te snel is om echt goed te bekijken. Na ruim 1,5 uur namen we een kleine pauze. We eten wat en vullen onze kleine flesjes bij. Na ruim een half uur daarna komen we aan op het plateau. Dit plateau geeft ons uitzicht op de Voltzberg. En zoals Venski al had verwacht, vragen we ons echt wel af op welke manier we daar op gaan komen. Vanuit dit punt is het een steile zwarte graniet wand omhoog naar de 240 meter. We maken wat plaatjes en lopen door tot de voet van de berg. We bevinden als nu bijna aan de achterkant, gezien vanaf het plateau. De top van de berg is niet meer te zien en een enorm steile wand ook niet. We herpakken onze bagage, laten overtollig water achter en starten aan de klim. De eerste meters zijn tussen stronken, stenen en lianen met handen en voeten omhoog. Grote stappen snel thuis, want we steigen heel erg snel. Daarna komt een klein stukje tussen 2 kleine bosjes, waar je via een touw tegen de wand opklimt. En dan is het ‘gewoon’ verder omhoog lopen. Lopen op een hele steile wand, zonder enige steun. Met een niet te snel tempo gaat dit goed. Zelfs zo goed, dat het Katrien en mij ook nog lukt om mijn verloren lens terug in mijn oog te stoppen. Wat ik echter niet had moeten doen, is even om me heen kijken. Want dan zie je pas hoe steil het echt is. Eerst maar eens naar de top. En binnen een klein half uur staan ook wij op de top. Geweldig.
We hebben een prachtig uitzicht over het oerwoud. In de verte horen we weer de brulapen en zien we enkele andere bergen, zoals de tafelberg en de Van Stockumberg. Als we allemaal hebben genoten van onze overwinning en het uitzicht gaan we weer rustig terug. Na ja rustig; dit is nog stukken enger dan de heenreis. Het eerste stuk focus ik me alleen op de voeten van Marina, die in een prettig tempo voor me loopt. Maar dan beginnen mijn benen enorm te trillen en begint de angst toe te slaan. Het is alsof gewoon de diepte inloopt. Gelukkig hebben we extra gidsen mee; Nancy helpt me dan ook met een handje toch nog zeker en veilig beneden te komen. Suriano helpt me nog bij de laatse klauterpartij, want die korte benen van mij zijn niet altijd even fijn. En dan ben ook ik veilig op de grond terug. Wat een avontuur.
We pakken onze volledig tas weer, nog extra koekje en dan weer op pad. Vanaf het plateau kijken we nog even om naar de berg en dan lopen we terug. We hebben een flink tempo erin. Onderweg stoppen we nog een enkele keer voor broodje, ook bij een waterval, die zo goed als geen water geeft. Normaal regelt Venski altijd een boot terug om half zes, voor ons heeft ie dit al een uurtje vervroegd. Uiteindelijk komen we om kwart voor vier aan bij het steiger. De laatste meters waren zwaar, we zijn tenslotte al een tijdje onderweg, maar dat weegt niet op tegen de overwinning van de Voltzberg. Wat een prachtige dag.
We varen terug naar het eiland, waar Martin, die we met een gekneusde enkel moesten achterlaten te wachten op onze verhalen. We frissen ons lekker op en ontspannen nog een beetje op het eiland. Tegen zonsondergang worden we weer verwelkomd door de vele doodskopaapjes, die naast ons in de boom spelen. Een aantal mensen gaan ook nog vogels kijken op de vliegstrip. Na het eten gaan we moe maar fijn voldaan naar bed. Het bed slaap prima, maar toch mis ik mijn hangmat wel een beetje. Het uitzicht van de hangmatplek op het eiland is prachtig. En daarnaast voel je altijd een lekker fris windje in je hangmat; het bed is namelijk wel erg warm. Maar ondanks dat hoor je me niet klagen.
-
11 November 2014 - 09:19
Dirk, Tineke, Joanne En Djuna:
Ziet er weer geweldig uit Wendy, veel leesvoer maar leuk om te lezen. Willen graag de foto's zien. Blijf vooral gezond en de groetjes, knuffel en dikke kus van ons allemaal.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley